Sinds 23 november 2022 moet je een asbestattest voorzien bij de verkoop van woningen en gebouwen gebouwd voor 2001. Bedoeling is dat elke eigenaar van een gebouw gebouwd voor 2001 over een asbestattest beschikt tegen 2032.
Bij verhuur is de eigenaar die over een asbestattest beschikt, verplicht om een kopie te bezorgen aan de (nieuwe) huurders.
Waarom zo’n attest?
Met een asbestattest kunnen eigenaars en kandidaat-kopers nagaan welke materialen in hun gebouw asbest bevatten. Dit is belangrijk, want blootgestelde asbest (bv. in het kader van renovatiewerken) kan de gezondheid ernstig aantasten.
Hoe verkrijg je zo’n attest?
Je verkrijgt een asbestattest na inventarisatie van het gebouw.
Dit betekent dat een asbestdeskundige een onderzoek komt verrichten.
Dit is in principe een ‘niet-destructief’ onderzoek: het gaat om een beschrijving van de materialen die een risico kunnen vormen.
Tijdens de inspectie worden nooit wanden of vloeren beschadigd om ingesloten asbest op te sporen, maar kleine beschadigingen van verdacht materiaal zijn soms wel nodig om bv. een monster te kunnen opsturen naar het labo.
De bevindingen van de deskundige worden rechtstreeks opgenomen in een asbestinventarisatiedatabank van OVAM. De asbestdeskundige kan een zo een asbestattest aanvragen om jou hiervan in het bezit te stellen.
Heb ik enkel een asbestattest nodig bij een verkoop?
Nee. Een asbestattest is nodig telkens er een overdracht is naar een nieuwe eigenaar of een zakelijk rechthouder toetreedt.
Is er geen sprake van een nieuwe eigenaar, dan is er geen asbestattest nodig. Zo zal een asbestattest nodig zijn indien persoon A een gebouw verkoopt of schenkt aan persoon B, maar niet als een mede-eigenaar zijn aandelen in een gebouw verkoopt aan de ander mede-eigenaar. Er is dan immers geen sprake van een ‘nieuwe’ eigenaar.